Het visnet van de fiscus wordt steeds groter?

De regering bereikte vorige maand een akkoord over de uitvoering van het derde actieplan tegen fiscale en sociale fraude. Die maatregel, de verruiming van de algemene antimisbruikbepaling, stond hoog op het verlanglijstje van de fiscus. Maar voor sommigen was deze verruiming de fiscus een bazooka geven en de belastingplichtige slechts een paraplu om zich ertegen te beschermen.

De verruiming van de antimisbruikbepaling zou betekenen dat de fiscus niet meer hoeft te bewijzen dat een bepaalde wetsbepaling is geschonden, maar dat het volstaat dat het belastingvoordeel in strijd is met het doel van het toepasselijke belastingrecht. Wat het doel van dat belastingrecht in de visie van de fiscus is laat zich raden: belasten. Nochtans stelt de grondwet dat er geen belasting geheven kan worden dan door een wet. Uiteindelijk is deze verruiming er voorlopig niet gekomen.

M.a.w. een zelfstandige die een vennootschap opricht bijvoorbeeld met het oog op de daaraan verbonden beperkte aansprakelijkheid, zal dat nog steeds met een gerust hart kunnen doen, zelfs al zijn er uiteraard ook fiscale motieven (lager tarief in de vennootschapsbelasting). Een poging van de fiscale wetgever om daaraan paal en perk te stellen, zou duidelijk stranden op een Europeesrechtelijke njet.

Wel werd afgesproken dat de sociale partners in de bouw en vleessector tot midden maart de tijd krijgen om met minder onderaannemers in hun sector te gaan werken. In de bouwsector wordt ook bekeken hoe een hoofdaannemer hoofdelijk aansprakelijk kan zijn voor een onderaannemer met loonschulden.

Wat wel overeind blijft, is de invoering van een informatieplicht over moeder-, zuster- of dochterondernemingen in het buitenland. Wanneer een Belgisch bedrijf deel uitmaakt van een internationale groep, zal het de fiscus inzage moeten geven in de jaarrekeningen, het organigram, fiscale aangiften, … .  Vandaag moet de fiscus aankloppen bij de Franse fiscus als hij informatie wil inwinnen over een Franse moeder, zuster of dochter van een Belgisch bedrijf. Sommige van die documenten kunnen vlot verkregen worden, maar globaal wordt het wel een extra administratieve last voor deze bedrijven. Bedrijven die niet meewerken riskeren boetes,  dwangsommen en zelfs een belastingaanslag van ambtswege. De belastingplichtige moet bij dit laatste bewijzen dat de inschatting van de fiscus verkeerd is. Ook dit is weer een voorbeeld van sancties die neerkomen op een verdere uitholling van de rechten van de belastingplichtige.