Het invorderen van niet op tijd betaalde sommen bij consumenten wordt binnenkort veel moeilijker?

Met deze nieuwe wetgeving wil de overheid de consumenten beter beschermen en de zogenaamde schuldenindustrie inperken. Hopelijk is de balans hiermee niet doorgeslagen, in het nadeel van vooral veel kleine en middelgrote ondernemers die veel meer tijd, energie en middelen zullen moeten stoppen in het afdwingen van betalingen waar ze recht op hebben. Inspanningen die, zeker voor kleinere facturen, niet in verhouding staan tot de in te vorderen bedragen.

Zo zal je als ondernemer bij wanbetaling altijd een eerste herinnering moeten sturen, waarbij je de consument 14 dagen reactietijd moet gunnen. Wat in de praktijk heel vaak neerkomt op een gratis extra uitstel van betaling. Want eventuele verwijlintresten mogen pas na die 14 dagen beginnen te lopen. Hetzelfde geldt voor een eventueel contractueel bepaald schadebeding. Voor kleine ondernemingen werd een uitzondering voorzien, waardoor zij wel verwijlintresten vanaf de eerste dag wanbetaling mogen aanrekenen. Maar de concrete stappen daartoe mogen ook zij pas 14 dagen na hun herinneringsbrief zetten.

De nieuwe wet geldt vanaf morgen enkel voor nieuwe contracten, maar vanaf 1 december 2023 geldt ze ook voor al lopende contracten voor de betalingsachterstand die vanaf 1 december 2023 loopt.

Indien je vandaag in je voorwaarden waarschuwt dat klanten vanaf de eerste verwittiging een vergoeding verschuldigd zijn, dan moet je dat punt in je contracten aanpassen. Hetzelfde geldt voor informatie over verwijlintresten en andere zaken die met het invorderingsbeleid hebben te maken.  Als je de contractvoorwaarden niet aanpast, kan je geen intresten of andere invorderingsstappen ondernemen. Ook kan je dan geen incassokosten aan -of doorrekenen indien je klant niet of te laat betaalt.

Houd er tenslotte ook rekening mee dat zelfs controles en sancties van de economische inspectie tot de mogelijkheden behoren.